Samen op de bank naar oude films kijken: "I VITELLONI" ★★★1/2☆
Toen ik nog een jongen/tiener was, hield ik ervan om op een regenachtige zaterdagmiddag naar films te kijken op de toenmalige BRT (voorloper van de VRT). Ik herinner me toen klassiekers als "The Man in the White Suit", "The Sea Hawk" (met Erroll Flynn) en "The Thirty-Nine Steps" (van Alfred Hitchcock) gezien te hebben, naast een pak films waarvan ik de titel al lang niet meer ken.
Wellicht verklaart dit waarom ik er zeer van hou om nog eens zo'n ouwe kraker van onder het stof te halen en met een kopje thee en koekje op de bank te kruipen, liefst met mijn allerliefste dicht tegen mij aan.
Helaas heeft de VRT de gewoonte om op zaterdagmiddag filmklassiekers uit te zenden sinds vele jaren geschrapt.
Gelukkig bieden bibliotheken (Leuven, Aalst, Mechelen...) een uitstekend aanbod aan dvd's / blu-ray's (gratis of voor een habbekrats), en anders verwijs ik je graag door naar YouTube (meestal gratis voor de oudste films, waarvoor de copyrights zijn vervallen) en naar Amazon Prime Video (voor films van, pakweg, de laatste 60 jaar).
Deze week ontleenden mijn partner en ik deze drie films, die samen een mooie duik in de filmgeschiedenis bieden (chronologisch):
1. "An American in Paris" (1951):
winnaar van zes oscars, waaronder die voor beste film.
2. "I Vitelloni" (1953) van Federico Fellini,
winnaar van de Zilveren Leeuw van Venetië en
destijds genomineerd voor de Oscar voor beste scenario.
3. "Ma Nuit chez Maud" (1969):
een bekende film uit de Franse Nouvelle Vague.
1. en 2. waren voor mij herhaling. Gezien het menselijke geheugen beperkt is, is cinefilie noodgedwongen ook een kwestie van kauwen en herkauwen. "Ma Nuit chez Maude" bleef tot nog toe een gat in mijn cultuur.
Kris en ik zijn niet zo strikt op chronologie, dus begonnen we onze reis door de filmgeschiedenis met "I Vitelloni" (zwart-wit, 4/3 formaat), wat zoveel betekent als "de kalveren" (letterlijk) of "de nietsnutten" (figuurlijk). Het verhaal is gebaseerd op Fellini's eigen jeugd in Rimini (zie ook "Amarcord" uit 1973) en verhaalt de lotgevallen van enkele
"mammoni" (moederskinderen): het typisch Italiaanse fenomeen van jonge mannen die tot hun dertigste bij hun ouders wonen en zich al die tijd als tieners blijven gedragen...
Meteen valt op dat het tempo van deze film behoorlijk hoog ligt; voor mij wordt op het einde van een scène soms zelfs té snel afgeknipt of overgevloeid. Het is een wijdverbreid misverstand dat alle oude films traag zijn: ook het toenmalige publiek hield van een vlotte vertelling en pellicule was eenvoudig te duur om er te spilzuchtig mee te zijn.
De muziek van Nino Rota spant in "I Vitelloni" de kroon.
Zeven jaar later zal hij voor Fellini de muziek van "La Dolce Vita" maken en in 1972 maakt hij zichzelf onsterfelijk met de muziek voor "The Godfather". In "I Vitelloni" romantiseert de muziek het alledaagse; hij maakt het individuele universeel en geeft er een epische dimensie aan: een liefde wordt de liefde, waarin we ons allemaal kunnen herkennen.
Federico Fellini won vier maal de Oscar voor Beste Buitenlandse Film en is één van de weinige regisseurs in de filmgeschiedenis die een bijvoeglijk naamwoord naar zijn naam kreeg: felliniaans (naast hitchcockiaans, lynchiaans en chaplinesk) - een eer die pakweg Erik Van Looij niet gauw zal te beurt vallen... In deze film is de daarmee bedoelde barokke stijl al goed zichtbaar: de camera glijdt voorbij larger than life personages en figuranten (Fellini begon zijn carrière als karikaturist); het circus en de zee zijn andere weerkerende elementen. Later in zijn carrière voegt de regisseur daar rondborstige vrouwen aan toe, maar daarvoor moeten we wachten tot "La Dolce Vita" e.a.
In de eerste helft van de jaren zestig bleef de regisseur (en co-auteur) voornamelijk verhalend - later wordt deze stijl anekdotisch ("Amarcord") dan wel (schijnbaar) verhaalloos ("Otto e Mezzo", "Roma").
Zoals ex-Knack journalist Patrick Duynslaegher terecht aangeeft in zijn interessante naslagwerk Blik op zeven - Patrick Duynslaegher, Ann Jooris - (ISBN: 9789054662211) | De Slegte is Fellini in "I Vitelloni" bovendien nog erg moralistisch. De onverantwoordelijke jonge man Fausto moet eerst een goed pak slaag met de riem krijgen van zijn vader, eer hij het licht ziet en zijn verantwoordelijkheid opneemt (toen geloofde men echt nog in de heilzame werking van een goed pak voor de broek!).
Dat opgestoken vingertje is in later werk zoals "Otto e mezzo" ("Eight and a half"), "Roma" veel minder aanwezig. Fellini hekelt wel met plezier de kleine kantjes van de parvenus en de bourgeoisie; maar een zeker nihilisme doet ook zijn intrede: het personage van Marcello Mastroianni (Guido) in "Otto e mezzo" lijkt vooral dodelijk vermoeid van al dat oppervlakkige gedoe.
In "I Vitelloni" (★★★1/2☆) mis ik een personage met wie ik me écht kan identificeren. Met Fabio, de flierefluiter die graag wil onderuit komen aan zijn vaderlijke verantwoordelijkheden, kon ik dat niet. De andere personages blijven te schetsmatig om dat echt te kunnen. Misschien was het beter geweest om het personage van Moraldo verder uit te werken. Zijn vriendschap met een jonge spoorwegbediende levert de mooiste fragmenten op in deze bitterzoete film. Deze confrontatie wijst zowel op de voorrechten van deze burgerzoontjes in vergelijking met de door hen bespotte arbeidsklasse, als op de verloren jeugd waar zij maar niet los lijken van te komen.
Ik zag in "I Vitelloni" voorafspiegelingen van Peter Bogdanovich' "The Last Picture Show" (★★★★★) en Francis Ford Coppola's "The Outsiders" (★★★★☆).Ook Martin Scorsese zegt fel geïnspireerd te zijn door "I Vitelloni" bij het maken van "Mean Streets" en "Goodfellas" (zie hem dat zelf uitleggen in "Scorsese on I Vitelloni"). James Gray bij het maken van "The Lost City of Z". Paolo Sorrentino lijkt soms niet meer dan een flauwe kopie van Fellini ("La Grande Belezza" (★★☆☆☆)).
In volgend fragment ontvangt Federico Fellini de ere-oscar uit de handen van Marcello Mastroianni en Sophia Loren: Federico Fellini's Honorary Award: 1993 Oscars
In een volgende post zal ik jullie vertellen over de andere twee films. Ik kan nu al verklappen dat ik Gene Kelly ("Singing in the Rain") een mega-talent vind - van het type dat vandaag niet meer rondloopt op onze filmschermen. Zo besluit ik mijn betoog toch weer nostalgisch!
Reacties
Een reactie posten